Wat als geluk gewoon gewenning is?

Stel je voor: geluk is niet het resultaat van succes, liefde of vrijheid, maar slechts een kwestie van gewenning. We voelen ons gelukkig zolang iets nieuw is, verrassend of verbeterd ten opzichte van gisteren. Maar zodra we eraan wennen, vervaagt het geluk. Is geluk dan slechts een tijdelijke illusie die verdwijnt zodra het gewoon wordt?

Deze gedachte daagt een fundamentele aanname uit: dat geluk een stabiele toestand is die we kunnen bereiken en behouden. Maar veel psychologen en filosofen wijzen op het fenomeen van de hedonistische adaptatie—de menselijke neiging om na positieve of negatieve veranderingen snel terug te keren naar een emotioneel evenwicht. De loterijwinnaar is na een jaar vaak niet gelukkiger dan daarvoor. De persoon die een been verliest, kan na een tijd even tevreden zijn als voor het ongeluk. Het lijkt erop dat we ‘instellen’ op een bepaald niveau van geluk en alles wat daarvan afwijkt, tijdelijk is.

Als dat waar is, wat betekent dat dan voor onze eindeloze zoektocht naar meer? Meer bezit, meer status, meer ervaringen? Jagen we op een fata morgana, telkens denkend dat het volgende moment, die volgende mijlpaal, ons echt gelukkig zal maken?

Er zijn filosofen die zeggen dat geluk niet gezocht moet worden in ervaringen, maar in hoe we ons verhouden tot die ervaringen. Boeddhistische denkwijzen stellen dat het loslaten van verlangen, en dus ook het loslaten van de jacht op geluk, juist de weg naar innerlijke rust is. Anderen stellen dat we geluk moeten herdefiniëren: niet als een piek gevoel, maar als tevredenheid, zingeving of verbondenheid.

Maar als geluk slechts gewenning is, kunnen we dan leren onszelf telkens opnieuw te verwonderen? Of moeten we accepteren dat geluk niet gemaakt, maar slechts waargenomen kan worden in vluchtige momenten?

Wat denk jij? Is geluk iets wat we voelen, of iets waar we aan wennen?