Kun je bestaan zonder betekenis?

Bestaat iets pas echt als het een betekenis heeft? Of kan iets simpelweg zijn, zonder dat het ergens voor staat, zonder doel, zonder reden? Deze vraag snijdt dwars door filosofie, psychologie en existentiële reflectie heen. Wat als ons verlangen naar betekenis slechts een menselijke projectie is op een betekenisloos universum?

Veel filosofen hebben zich gebogen over deze gedachte. Jean-Paul Sartre stelde dat het leven op zichzelf geen inherente betekenis heeft — wij moeten die zelf creëren. Volgens het existentialisme bestaan we eerst, en geven we daarna pas betekenis aan dat bestaan. Maar wat gebeurt er als je die betekenis niet vindt? Bestaat je leven dan minder?

Anderen, zoals sommige boeddhistische stromingen, wijzen erop dat het hechten aan betekenis juist leidt tot lijden. Betekenis is veranderlijk, tijdelijk, en uiteindelijk illusoir. In die visie is het juist bevrijdend om te aanvaarden dat je niets hoeft te betekenen om volledig te zijn.

Vanuit een wetenschappelijk perspectief is betekenis überhaupt lastig te definiëren. Een steen bestaat, zonder dat wij hem betekenis hoeven toe te kennen. Maar zodra we hem zien als iets — een projectiel, een monument, een herinnering — krijgt hij betekenis. Is dat iets wat alleen mensen doen? Is betekenis dan slechts een bijproduct van bewustzijn?

Deze vraag raakt ook aan de manier waarop we naar onszelf kijken. Wie ben jij zonder je werk, zonder je relaties, zonder je dromen of doelen? Ben je dan nog steeds ‘iemand’? Of wordt je identiteit pas gevormd door wat jij en anderen in jou zien?

Misschien is het niet de bedoeling om deze vraag definitief te beantwoorden. Misschien zit de kracht van de vraag juist in het loslaten van het antwoord. Want stel je voor dat je gewoon kunt zijn, zonder jezelf voortdurend te hoeven rechtvaardigen. Wat blijft er dan over?

Wat denk jij? Kun je bestaan zonder betekenis?